© Bianca Sistermans
Wie is Veere Wachter?
Zij is al heel lang bij me, zo lang ik schrijf. Veere is precies zoals je haar leest, een heftig mens. Ze is een beetje dromerig, beetje poëtisch, maar ook zoekend en twijfelachtig. Een schrijfster in wording: ik mag verklappen dat Veere straks met een roman komt.
Tijdens het schrijven zit ik met Veere aan tafel. Soms dacht ik: jezus, Veere, laat die Janna toch los. En dan zei Veere: luister, jij ging het alleen opschrijven. Ik verander een beetje in een psycho. Ik kan niemand om me heen hebben als ik schrijf.
Veere vindt dat schrijven in haar dagboek geen echt schrijven is. Wat maakt schrijven literatuur?
Er zit gelukkig veel ironie in Een vrouw met mooie borsten. Ik vond dat moeilijk, want ik ben geloof ik niet echt grappig. Een dagboek schrijf je natuurlijk niet met de gedachte om het te publiceren. Het is een klaagboek. Ik ga mijn eigen dagboek nevernooit publiceren, ik kijk wel uit! Nou ben ik Veere niet, dus toen ik Veere’s dagboek ging schrijven moest ik een rare dynamiek aangaan. Het moest wel een echt dagboek zijn, maar het is geen echt dagboek. Ik denk dat het dan literatuur wordt. Het fictieve dagboek is een literair genre op zich, denk aan Adrian Mole van Sue Townsend, Bridget Jones van Helen Fielding, Dracula van Bram Stoker. In Nederland hebben we Hendrik Groen.
Wat was het leukste moment tijdens het schrijven van Een vrouw met mooie borsten?
Het verzinnen van dingen. Er is een element dat van mezelf is in dit boek, maar dat is niet de essentie. Het gaat over dynamieken tussen mensen, relaties, en dat niks zwart-wit is. Daarbij heb ik ontzettend leuke dingen uit mijn duim gezogen. Op een gegeven moment was ik met het personage Janna bezig. Mijn redacteur wilde wat meer context: waar komt ze vandaan? Toen ben ik terug naar de schrijftafel gegaan en heb ik een heerlijk verhaal op zitten hangen over een of andere hysterische moeder, tenminste, zo beschrijft Janna haar, Veere vindt haar intrigerend.
Wat zijn de autobiografische elementen in Een vrouw met mooie borsten?
De ziekte, dat is me echt overkomen. Dat is heel ingrijpend geweest en dat is het nog steeds. Ik werd zo ziek dat ik bijna dood ging. Mijn psycholoog wist dat ik schrijver en uitgever was, en vroeg of ik ook over mijn ziekte schreef. Ik zei dat me dat niet lukte, want ik was al twintig uur per dag bezig met die kanker. Maar ik schreef toch kleine notities op. Die ben ik bij het schrijven nagegaan. De dingen die ik in het boek bespreek over de behandeling zijn echt gebeurd. Daar doorheen is een fictief verhaal verweven. Nu is het niet meer van mij, het is van de lezer.
Hoe liep het dat je nu zelf een debuut hebt geschreven?
Ik schrijf natuurlijk al m’n hele leven. Op een gegeven moment zag uitgever Eva Cossee mijn boeken van HetMoet in de boekwinkel liggen. Die dacht: wat gaan we nou krijgen? Wat prachtig, wie is die uitgever? Ze had van horen zeggen dat ik ook schrijf, en vroeg of ik wat op wilde sturen. Zo gezegd, zo gedaan. Ik had het idee om te debuteren met een heel ander soort boek. Maar ik had zes verschillende manuscripten liggen. De redactie vond het dagboek intrigerend. Dat had ik niet verwacht, maar ik vond het goed. Toen heb ik me een maand teruggetrokken op zee en in Margate in Engeland, en heb ik flink doorgewerkt.
Wat is jouw relatie met de zee?
Die is diep. Ik ben in Zeeuws-Vlaanderen opgegroeid, een no-man’s land zonder treinverbinding, dus nam ik vaak de veerboot. Vanaf mijn achttiende woonde ik in Engeland en reisde ik altijd per boot naar mijn familie in Nederland. Ik ging dan ook vaak met een cargo ship, die reis duurde vijf of zes uur in plaats van twee. Die zee oversteken is iets wat ik al mijn hele leven doe, overmorgen ook weer. Ik kijk dan gewoon naar de zee voor een paar uur. Dat is ook waarom ik op een schip woon. Als we van Amsterdam naar Uithoorn varen duurt dat wel een halve dag, terwijl het een half uur fietsen is. Die vertraging is af en toe erg fijn.
Waarom koos je voor de vorm van een dagboek?
Dat is ontstaan vanwege het personage Veere. Als ik haar vorm wil geven, moet ik haar een stem geven. Dus ik ben gaan oefenen met die stem. Op mijn computer heb ik een mapje ‘Veere Wachter’, daarin staan voornamelijk mislukte gedichten, waarvan sommigen in het dagboek terecht zijn gekomen, en andere ideeën. Ze is echt een persoon geworden door de jaren heen. Die notities leenden zich goed voor een dagboek, want het waren geen uitgewerkte plotten. Bovendien kunnen dagboeken een feministisch genre zijn: mensen mogen ook wel eens weten wat er in een vrouw gebeurt.
Met welk personage uit Een vrouw met mooie borsten zou je het liefst op de koffie willen?
Met Janna. Ik heb veel vragen voor haar. Was jij verliefd op Veere? Waarom had je van die uitlatingen? Waarom wilde je zo dicht bij haar zijn en ook weer niet? Sommige vragen heb ik ook al uitgewerkt, maar uit het boek gelaten omdat het dan te veel om Janna ging.
Veere is verliefd op Janna en Krzys, en ook Janna is verliefd op meerdere mensen. Geloof jij nog in monogamie?
Ik geloof wel in monogamie, maar niet in dat je nooit meer ondersteboven zal staan van verliefdheid. Als je een levenspartner kiest, kies je ervoor om het leven samen aan te kunnen: dus ook ziekte, verlies, irritaties… Het is belangrijk dat Veere de liefde voor Janna niet consumeert. Zodra dingen normaliseren, zijn ze ook minder interessant. Veere is een beetje verslaafd aan haar bijna filmische narratief van Janna. Maar zodra ze thuiskomt en met Krzys op de bank zit te knuffelen is alles normaal. Ik denk dat dat monogamie is, hoewel het niet conventioneel is. Ik geloof trouwens niet in heteroseksualiteit, die eenduidigheid.
Waar zie je voor je dat lezers je boek lezen?
Ik heb wel een paar foto’s van mensen gehad: een van mijn zusje in Noorwegen in de bergen, een van iemand in een hangmat. Of in bed. Het is toch ook wel intiem, iemands dagboek lezen.
Je kunt poëzie altijd lezen, ook als je ziek bent of erdoorheen zit
Houd je zelf een dagboek bij?
Ik wil mensen uitnodigen om niet elke dag een dagboek te moeten schrijven. Misschien moet het woord ‘dagboek’ veranderen, ik heb ook wel eens een nachtboek bijgehouden, of een weekboek, notitieboek. Schrijf gewoon wat je wil, maar dateer het. Veere schrijft dromen op, dat is iets wat ik ook doe, al meer dan 25 jaar. Mijn dromen zijn in mijn eigen dagboek blauw aangegeven, de rest van de tekst zwart. Ik lees mijn dagboek eigenlijk nooit terug, maar mijn dromen wel.
Welk boek ligt naast je bed?
Twee extreem verschillende dingen. Dit: North Star van Hammond Innes, over een zeilend visserschip dat in een storm terechtkomt. Vreselijk spannend, ruige zeeën, maar geen hoogdravende literatuur. Dit zijn mijn doktersromannetjes. En To Bed With Grand Music van Marghanita Laski, wat ik nodig heb voor de roman die Veere aan het schrijven is. Het boek is al bijna tachtig jaar oud, vroege vrouwelijke queer fiction.
Welk feministisch boek of essay moet iedereen lezen?
Iets wat wij recent hebben gepubliceerd is Schijnfeminisme van Sam Mills. Ik merk dat Nederland nog niet helemaal toe is aan dit soort debatten. Het biedt geen duidelijke oplossing, maar een perspectief dat je bewustzijn kan verruimen.
Wat is deze maand je meest beluisterde artiest of album?
Ik ben een vinyl-fan. Ik luister het meest naar volksmuziek en klassiek. Deze zomer ga ik naar Tiree, een klein Schots folkfestival. Mijn meest geluisterde artiesten afgelopen week zijn Rura en Lankum, en Beethoven natuurlijk.
In welke stad in Europa zou je wonen als het niet Amsterdam was?
Mag het ook een dorp zijn? Ik denk Whitby. In Whitby ben je zo op zee, in het landschap en in Schotland. En het heeft iets gothic, de Dracula-verhalen komen ervandaan. Dit weet bijna niemand maar ik ben erg fan van vampierverhalen.
Welke schrijver is naar jouw idee het meest overschat?
Zal ik maar een dooie noemen? Anders krijg ik nog ruzie. Virginia Woolf. Ik vind haar een sterke denker, maar als schrijver pakt ze mij niet helemaal.
Welke schrijver is het meest onderschat?
Natalia Ginzburg, hoewel zij nu wel ontdekt is. Ook veel Oost-Europese literatuur is onderschat.
Poëzie of proza?
Poëzie. Je kunt poëzie altijd lezen, ook als je ziek bent of erdoorheen zit.
Virginia Woolf of Audre Lorde?
Lorde dus.
T.S. Eliot of Christopher Reid?
O! Christopher is een goede vriend van mij. Maar ik ga toch voor Eliot, I know Christopher will agree with me.
Marlowe of Shakespeare?
Shakespeare. Ik lees elke zondag Shakespeare met een boekenclub van Britse vrienden.