© Marco de Swart / ANP
In de afgelopen maanden krijg ik van opdrachtgevers steeds meer vragen over wat te doen met de feestdagen. Die vraag heeft vaak op twee zaken betrekking; het wat en hoe van het feliciteren én hoe om te gaan met vrije dagen. Nu geldt dit vooral voor opdrachtgevers van die spaarzame bedrijven en organisaties die wél enigszins gemêleerd zijn qua medewerkersbestand. Dat aantal blijft in Nederland schrikbarend laag (zeker ook bij de overheid), waarbij de zogeheten ‘diversiteit’ zich vaak uitsluitend beperkt tot de ‘onderlaag’ of ‘laagste schalen’ (beter gezegd: ‘uitvoerende laag’ en ‘onderbetaalde schalen’).
Maar de vraag dus. Die is meer dan uitsluitend praktisch. Ze is politiek. Wanneer de koning alle moslims een gezegende Ramadan en een fijn Suikerfeest wenst, is dit voor velen immers gelijk aan ‘de islamisering van de Nederlandse samenleving’. De premier schippert dus, de ene keer mogen moslims wel fijne feestdagen hebben, de andere keer niet. Veel bazen en opdrachtgevers zijn al net zo. Om over de feestdagen van joden, hindoes, boeddhisten en andere groeperingen in het land maar te zwijgen. Zij moeten maar hun eigen feestje vieren zonder daarin ooit te worden gekend (of erkend).
In mijn boek Je mag ook niets meer zeggen ontmantel ik de huidige gedachtegang rond ‘diversiteit en inclusie’ en bepleit ik radicale diversvaardigheid. Die definieer ik als volgt: het vermogen om te leren, werken, creëren in een dynamische (werk)omgeving, waarin zoveel mogelijk verschillende perspectieven, levensbeschouwingen, politieke voorkeuren, leefstijlen, belevingswerelden en persoonlijke ervaringen samen worden gebracht en met elkaar (inter)acteren.
Diversvaardigheid overstijgt het denken in identitair verschil en gaat niet om een meerkleurige personeelsfoto waarin voor het valide oog iedereen er o zo verschillend uitziet (maar zich nog steeds in dezelfde bubbels beweegt en hetzelfde denkt, eet, gelooft en stemt), maar om een werkelijke representatie van de maatschappij in gedachtegoed, politieke voorkeur, religie en levenservaring bijvoorbeeld. Daarbij kan het zijn dat de witte heteroseksuele cisgender man opeens de grootste antiracisme-activist blijkt en nog veganist is ook, terwijl een zwarte cis collega van beide niets moet weten en nog steeds VVD stemt (al begrijpt echt niemand waarom).
Echte diversvaardigheid leert om te gaan met elkaars anders-zijn en elkaar als unieke, volledige mensen te ontmoeten, juist ook waar dat de onderlinge religieuze en levensbeschouwelijke verscheidenheid en invulling betreft.
Dit betekent dus dat religieuze feestdagen niet door de seculiere norm worden weggedrukt en Kerst alleen nog ‘feest’ mag worden genoemd (zoals Bij1 bepleit om vervolgens publiekelijk iedere Nederlander dan weer wel een uitgesproken Ramadan Mubarak te wensen) en dat de koning en premier een Kerstwens uitbrengen maar ook een fijn Suikerfeest toewensen.
Tijdens het Paasweekend eerder dit jaar kwamen zowel de joodse, christelijke als islamitische religieuze vieringen samen. Voor mij reden om tijdens dat bijzondere weekend de volgende divers diversvaardige wens te uiten: ‘Gezegend Pasen, Pesach Tov, Ramadan Kareem en fijn lentefeest!’
Om deze gezegende groet dan direct met het volgende gebed te vervolgen: dat we in dit land stoppen met judassen en in geest en waarheid gaan bewegen. We een taal gaan spreken die recht doet en recht brengt. We bereid zijn om te sterven aan onszelf (en onze allesvernietigende levensstijl). Dat we vasten, samen het brood breken, het glas heffen, de iftar delen, een hele hoop bomen en bloemen planten en eindelijk gezamenlijk opstaan.
Wat betreft de religieuze feestdagen kiezen steeds meer werkgevers ervoor om in plaats van de vaste (christelijke) religieuze feestdagen vrij te geven, een x-aantal vrije dagen aan te bieden die zelfstandig kunnen worden opgenomen. Dit is weliswaar inclusief, maar niet per se diversvaardig. Je viert dan immers niet samen, maar juist separaat van elkaar.
Ik zou er daarom voor willen pleiten om vrij te geven op het belangrijkste feest van iedere grote religie in Nederland (Pesach, Kerst, Pasen, Suikerfeest, Offerfeest, Divali) en andere feestdagen te schrappen (Eerste en Tweede Pinksterdag, Hemelvaart). Gezamenlijk gaan we dan op zoek naar nieuwe interreligieuze, interculturele en intersociale invullingen van deze feestdagen.
Daarnaast zou ik ervoor willen pleiten enkele sociaal-maatschappelijke vrije dagen tot vaste vrije dag te maken en daar als samenleving nieuw belang en betekenis aan te geven, te weten Bevrijdingsdag en Keti Koti.
Voor iedere werkgever die nu gaat stuiteren: mijn voorstel kost in de praktijk nauwelijks tot geen extra vrije dagen omdat het aantal vrije dagen nagenoeg hetzelfde blijft, er regelmatig overlap zal zijn én ieder jaar enkele feestdagen in het weekend vallen. En anders wisselen we Koningsdag gewoon in. Een hele nationale vrije dag voor de verjaardag van één persoon is sowieso weinig democratisch − al is Koningsdag vanwege de commerciële impuls niet echt een verliespost (Heineken is er goed groot mee geworden). Proost dus, met heerlijk halal Heineken.
Lees verder:
https://www.groene.nl/artikel/feestdagen-noem-je-juist-wel-bij-naam-en-vier-je-samen