Yahya Sinwar is dood, maar een verrassing is dat nauwelijks. De Hamas-leider stond immers met stip bovenaan Netanyahu’s dodenlijst. De verwoestingen en slachtingen in Gaza hadden als belangrijkste doel niet de bevrijding van de gijzelaars maar de uitschakeling van Sinwar. Het enige opmerkelijke is dat het ondanks de Israëlische overmacht liefst een jaar heeft geduurd voordat het belangrijkste brein achter ‘7 oktober’ te pakken is genomen, en dan nog meer door toeval dan door speurwerk.
Sinds hij zeven jaar geleden de militaire leider van Hamas werd, is Sinwar een wandelende dode geweest; sinds een jaar is dag en nacht jacht op hem gemaakt. Dat hij een jaar lang de Israëlische wraak heeft kunnen ontlopen, zegt veel over de taaiheid van Hamas. Wat gaat er nu gebeuren? Is dit een keerpunt in de oorlog? Hoe gaan Israëls vijanden reageren? De Verenigde Staten? En welke kant gaat Israël zelf nu op?
Met Sinwar is de laatste van de drie topleiders van Hamas geliquideerd. In juli was het al de beurt van Mohammed Deif en Ismail Haniyeh. Deze laatste, slachtoffer van een onthutsende moordaanslag in Teheran, werd als politiek leider opgevolgd door Sinwar, die sinds 2017 al militair leider in Gaza was. Sinwar laat zeker een vacuüm achter, maar de veronderstelling dat het nu onthoofde Hamas spoedig zal bezwijken en dat de nog levende militanten zich zullen overgeven, is rijkelijk voorbarig. In het verleden heeft Israël de ene Hamas-leider na de andere uit de weg geruimd, en de beweging is alleen maar sterker geworden.
Als in een staatsgreep de president wordt vermoord, is het met het oude regime meestal gedaan. Bij een beweging als Hamas is dat anders. Want wat je er ook van mag denken, Hamas is niet afhankelijk van een leider. Hamas is een idee: de verdrijving van Israël en de stichting van een Palestijnse staat. De beweging kan militair worden verslagen, maar ze is niet uit te roeien. Ook Israëlische generaals hebben dat toegegeven. De aanhoudende verwoestingen, de uithongering en de tactiek van de verschroeide aarde kweken alleen maar nieuwe militanten, en die zullen vroeg of laat naar de wapens grijpen als het Israëlisch-Palestijnse conflict niet wordt opgelost.
Hamas heeft het verlies van Sinwar ‘pijnlijk’ genoemd, maar de beweging zal de strijd tegen Israël voortzetten en krijgt ongetwijfeld een nieuwe leider. Er circuleren al namen van verschillende prominenten, waaronder Sinwars broer Mohammed, die de aanvoerder is van Hamas’ Al-Qassam-brigades, en de politieke leider Khaled Mashal, een oudgediende die in Qatar woont, naar gezegd wordt in grote luxe. Tegen beiden heeft de Mossad mislukte moordaanslagen gepleegd. Ondanks de zware klappen die Hamas heeft geïncasseerd, is ze niet verslagen. Al verschillende keren is het verzet weer opgelaaid op plaatsen die het Israëlische leger na zware bombardementen en beschietingen Hamas-vrij had verklaard.
In Libanon blijkt Hezbollah minstens even taai. De top van de beweging, de opperleider Hassan Nasrallah incluis, is door Israël uitgeroeid, er zijn honderden militaire installaties weggebombardeerd, de Mossad heeft duizenden piepers en portofoons van Hezbollah-leden laten ontploffen, het Israëlische leger is het zuiden van Libanon binnengevallen – en toch blijft de beweging in staat raketten op Israël af te schieten en met drones grote schade aan te richten.
Bij een aanval op een Israëlische legerbasis kwamen vorige week vier soldaten om. Geregeld worden ook in Zuid-Libanon Israëlische soldaten door strijders van Hezbollah gedood. Afgelopen donderdag waren het er weer vijf. Na de liquidatie van Sinwar heeft Hezbollah laten weten dat de strijd tegen Israël zal worden verhevigd.
Met de hoop dat Israël na het ombrengen van Sinwar de oorlog in Gaza zou beëindigen, heeft premier Benjamin Netanyahu snel afgerekend. Hij heeft gezegd dat zijn doel hetzelfde blijft: de complete vernietiging van Hamas. Kennelijk denkt hij dat de beweging nu zo aangeslagen is, dat de ‘totale overwinning’ nabij is. Het lot van de nog levende Israëlische gijzelaars, dat hem nooit bijster heeft geïnteresseerd, kan hem nu nog minder schelen.
Hij ruikt de overwinning. Zijn populariteit in Israël, vrijwel tot het nulpunt gezakt na de moorddadige, door hem niet voorziene inval van Hamas op 7 oktober, is dankzij het omleggen van de ene verzetsleider na de andere omhooggeschoten. Zelden moet een politicus zo spectaculair uit een zo diep dal zijn gekropen als Benjamin Netanyahu.
Van serieuze onderhandelingen over de vrijlating van de gijzelaars, in ruil voor een wapenstilstand en de vrijlating van een groot aantal Palestijnse gevangen, is allang geen sprake meer, en nu zo mogelijk nog minder. Voor de familieleden van de gijzelaars en hun vele sympathisanten, die al een jaar demonstreren tegen Netanyahu’s weigering om de bevrijding van de gijzelaars tot absolute prioriteit te maken, is dat een vreselijke domper op de nationale feestvreugde over de dood van Sinwar.
Hamas denkt er niet over de gijzelaars vrij te laten, want dan geeft hij al zijn kaarten uit handen. Op de Israëlische belofte dat de bewakers van de gijzelaars niets zal overkomen als ze hen laten gaan, wordt niet eens gereageerd. De oude, nog altijd geldende voorwaarde van Hamas – de gijzelaars komen pas vrij als de oorlog voorbij is en het Israëlische leger zich terugtrekt uit Gaza – is voor Netanyahu minder dan ooit aanvaardbaar.
De Amerikaanse president Joe Biden noemde de dood van Sinwar ‘een goede dag voor Israël, de Verenigde Staten en de wereld’. Volgens hem zijn er nu nieuwe kansen voor onderhandelingen over de vrijlating van de gijzelaars en het sluiten van vrede. Daartoe heeft hij zijn minister van buitenlandse zaken Antony Blinken voor de zoveelste keer naar Israël gestuurd.
Maar ook nu zal Netanyahu zich niets aantrekken van de aanmaningen uit Washington. Het laatste wat hij wil is Biden een internationaal succes gunnen, dat immers gebruikt zou worden om de verkiezingscampagne van Kamala Harris te steunen. Netanyahu mikt op een overwinning van zijn vriend Donald Trump, die best bereid is mee te werken aan de vervulling van de grote wens van de Israëlische leider: Iran mores leren.
Iran heeft Sinwar een martelaar genoemd, die in het harnas gestorven is. De ayatollahs zijn bezorgd om de klappen die hun vrienden van Hamas en Hezbollah hebben gekregen en om de komende Israëlische represailles voor de Iraanse aanval van begin deze maand, toen 181 ballistische raketten op Israël werden afgevuurd. Biden heeft Netanyahu bezworen niet de Iraanse nucleaire of olie-installaties als doelwit te nemen, anders is er gevaar voor een verdere uitbreiding van de oorlog of voor een grote stijging van de olieprijs in de VS, waarvoor Harris dan het electorale gelag zou moeten betalen. We kunnen er tamelijk zeker van zijn dat de Israëlische wraak op Iran nog vóór de Amerikaanse verkiezingen zullen komen, zodat Trump daar in de stembus zijn voordeel mee kan doen.
Ontspanning is nergens in zicht. De oorlog kan zich gemakkelijk verder uitbreiden, terwijl Netanyahu vaster in het zadel komt te zitten. Hij is niet meer de gijzelaar, maar de spreekbuis geworden van de rechts-extremistische zeloten in zijn kabinet. Die zullen niet rusten totdat de bezette westelijke Jordaanoever compleet is geannexeerd en ook Gaza het domein van joodse kolonisten is geworden. Ze pleiten nu ook voor de kolonisering van Zuid-Libanon. Hun einddoel is de schepping van Groot-Israël, dat zal reiken van de Nijl tot de Eufraat. Baarlijke nonsens? Natuurlijk. Maar in het dolgedraaide Midden-Oosten is niets meer onmogelijk.