Michal heeft een dochter van drie. Táňa heet ze. Het meisje kijkt wakker de wereld in. Neo-fascistische, diep-corrupte, klimaat-ontkennende Poetin-bewonderaars vindt ze net zo spannend als dat beertje op de iPad. En dat is maar goed ook. Ze gaat er nog mee te maken krijgen.
Michal Šimečka (39) is zelf de zoon van Milan Šimečka and Marta Šimečková, de vriendelijkste dissidenten van Slowakije. Zijn opa, een oude vriend en naaste adviseur van Havel, heette ook Milan. Hij was een man van onwankelbare overtuigingen: uiteindelijk zou de waarheid zegevieren. De waarheid, om het in de termen van die tijd te zeggen, als morele categorie. Tegenover sommige mensen zou je je vandaag generen, als ze nog in leven waren.
De macht werkt intersectioneel. Intersectioneler dan de mensen zelf. De Sovjet-Unie van vroeger en het Rusland van nu natuurlijk, maar ogenschijnlijk minder kwalijke machthebbers werken niet anders. Het systeem waarin we allemaal vastzitten plukt elke groep nog voor ze zich heeft kunnen formeren uit elkaar. Alles van waarde wordt aangevallen, afzonderlijk en in samenhang. Machthebbers hebben niet het eeuwige leven, hoe lang ze het ook rekken, maar de macht heeft altijd de langste adem. Tot en met vandaag. De ene machthebber kijkt de kunst bij de ander af. Steeds verfijnder, de winnende formule: als je werk, inkomen, huisvesting en toekomst krap en ongelijk verdeelt, geholpen door wat intimidatie en geweld, doen mensen zelf onderling de rest. Zij gaan elkaar te lijf en de machthebber leunt achterover.
Tot er een opstand losbreekt. Even is het alle hens aan dek. Maar dat duurt nooit lang. Protestbewegingen, verzetsgroepen, alternatieve allianties, ze komen en breken als golven. Ze hebben het geld, de menskracht, de controle over de media en dus het uithoudingsvermogen niet.
Tenzij ze het generaties volhouden. Zoals de Šimečka’s. Dat is een verzetsdynastie.
Milan senior zag de waarheid zegevieren en overleed voordat de leugen terugkeerde. Milan junior publiceerde zijn eerste werk in de samizdat. In 1989 stonden hij en Marta als twintigers op de pleinen met hun sleutelbos te zwaaien. Daarna werd hij hoofdredacteur van SME, de grootste krant van onafhankelijk Slowakije. Zij, in het dagelijks leven lerares op een Roma-school, organiseert elk jaar het Central European Forum, met schrijvers en denkers die de leugens onder ogen zien maar geloven dat die nog te ontmaskeren vallen. Ik leid er vaak de gesprekken. Chimamanda Ngozi Adichie, David Graeber, Svetlana Alexijevitsj, ze spraken allemaal in de afgeladen markthal van Bratislava. Na afloop verzamelen zich de activisten van de stad bij Marta en Milan in hun huisje buiten het centrum, waar het interieur al dertig jaar niet is veranderd.
© Petr David Josek / AP / ANP
Michal heeft van beide ouders de zachte kant van hun gezicht geërfd. Het resultaat is onmogelijk knap en innemend. Hij studeerde in Oxford politieke wetenschappen, diende als vice-voorzitter van het Europees Parlement en kwam thuis om Progressief Slowakije te leiden, de grootste oppositiepartij. Afgelopen najaar verloor hij de nagelbijtende verkiezingen van Robert Fico, de bullebak aan het hoofd van de extreem-rechtse Smer, die het land nu de kant op stuurt van Orbáns Hongarije.
De kleine Táňa gaat straks naar school onder een regering die haar vader, opa, oma en overgrootvader uit de geschiedenisboeken geschrapt wil zien.
En dus vecht de familie door. Uit het veld geslagen, voor even, niet gecapituleerd. Milan trekt zich elke zomer terug in een boshut, waar hij wekenlang niemand spreekt. Hij verplaatst zich te paard en schrijft licht-filosofische bestsellers. Marta is gefrustreerd dat haar Europese sponsors zich terugtrekken nu weldenkend Slowakije ze zo hard nodig heeft, maar heeft voor het Forum van volgend jaar alvast de legendarische Poolse filmregisseur Agnieszka Holland vastgelegd. Michal bouwt zijn oppositiefractie vanaf de grond op. Zijn assistent stuurt me een foto van de prille bibliotheek op zijn werkkamer. Twintig boeken, waaronder Sally Rooney’s Beautiful World, Where Are You.
Ik raak weleens mismoedig als ik naar ze kijk, naar hun weigering te capituleren. Elk verzet heeft een onwankelbare overtuiging nodig, een basisprincipe dat je er zelfs op de moeilijkste momenten doorheen trekt. Voor de familie Šimečka is dat het geloof dat de waarheid niet anders kan dan prevaleren, hoe dan ook, wanneer dan ook. Maar wat precies is de waarheid nog waard, nu de leugen in de politiek zo is ingeburgerd dat hij niet eens meer hoeft te worden verdoezeld of rechtgepraat. Hij staat er gewoon.
Neem Fico, de teruggekeerde premier. In zijn vorige regeringsperiode loog hij het hele land blind, creëerde een cultuur waarin journalisten werden vermoord, werd gedwongen af te treden – en is nu opnieuw verkozen. Hij schuift wat met staf, ministers en vertrouwelingen. Hij zit er weer. Het systeem van de leugen heeft een langere adem dan de oppositie op straat en in het parlement.
En toch. Het verzet vindt zichzelf elke keer opnieuw uit. Misschien verandert het basisprincipe met de tijdgeest. Niet langer waarheid, maar gelijkheid, recht, toegang. Misschien kunnen we het lenen van David Graeber: de vrijheid om niet te gehoorzamen is een universeel mensenrecht. Belangrijk is in elk geval dat elke verzetsbeweging niet alleen bestaat uit de activisten van het hier en nu, maar ook uit de opa’s en oma’s, de waarheidzoekers, de boshutschrijvers, de forumbouwers en de kleine meisjes die binnenkort naar school gaan en het slagveld nog voor zich hebben.
Lees verder: